Onder de algemene beschrijving staan de strategische en concrete doelen benoemd die gesteld zijn op 1-1-2021.

Op basis van de conclusies uit de Programmaevaluatie invoering Omgevingswet 2017-2018 (juli 2019 naar u toegestuurd), de Financiële impactanalyse Omgevingswet (ontvangt u na het zomerreces) en de lijst met minimale acties van de VNG (samen met de programmaevaluatie naar u toegestuurd) moeten we concluderen dat herijking van het Programmaplan invoering Omgevingswet 2017-2018 nodig is. Dit kan leiden tot aanscherping van de doelstellingen voor de periode 2019-2020. Bij de herijking staan de vragen centraal: welke doelen moeten we bereiken, zijn nodig om onze dienstverlening op het huidige niveau te behouden.

We gaan ervan uit dat door de herijking we in september beter weten wat echt moet en wat we moeten kunnen vanaf 1-1-2021. Door deze bijsturing zitten we vanaf september weer op koers.

We merken dat de huidige planning niet meer haalbaar is, voor 1-1-2021 kunnen we niet alle in de programmavisie opgenomen ambities halen. Het college heeft - zoals u in de informatiebrief Programmaevaluatie invoering Omgevingswet 2017-2018 heeft kunnen lezen - de WODV gevraagd om het programmaplan invoering Omgevingswet 2019-2020 te herijken. Door middel van deze herijking wordt het voor het college mogelijk om bij te sturen, waarbij onze focus 1-1-2021 is. De centrale vraag daarbij is wat moeten we tweede helft 2019 en in 2020 in ieder geval oppakken om over de benodigde vaardigheden te beschikken om de doelen van de Omgevingswet te halen en de dienstverlening op het huidige niveau kunnen houden.   

De planning vraagt in zo'n complexe opgave continue aandacht. Zoals onder de huidige periode al aangegeven, is alles doen en afronden voor 1 januari 2021 niet haalbaar. We ontvangen ook nog steeds nieuwe informatie vanuit het Rijk. Hierdoor is en blijft het noodzakelijk om de komende periode ook te blijven monitoren en in de planning bij te sturen. We bepalen continue welke inspanningen/activiteiten we oppakken, wat helpt ons het meest om de doelen te behalen. Daarbij maken we ook keuzes (waar het uw bevoegdheid raakt ontvangt u een voorstel) over wat we niet doen.

Totaal geraamde uren

Zoals ook onder de kop doelstelling en planning genoemd, redden we niet om alles klaar te hebben op 1 januari 2021. De transitieperiode vanuit het Rijk loopt tot 1 januari 2029. Om kwaliteit te kunnen leveren en de beoogde doelen te bereiken is het nodig om in de tijd weg te zetten wat we wanneer willen bereiken. Daarbij wordt samen met stakeholders bepaald welke kwaliteit daarbij nodig is.

We gaan ervan uit dat we door de herijking in beeld hebben wat we wanneer gaan doen en wie onze stakeholders zijn met wie we in gesprek gaan over de op te leveren kwaliteit.
Wat we in ieder geval het derde kwartaal oppakken  is het verder vormgeven van het kerninstrument omgevingsvergunning. Er wordt geoefend met het werkproces. Daarnaast is er een simulatie houding en gedrag, waarbij ambtenaren, collegeleden, raadsleden, ketenpartners en inwoners met elkaar aan de slag gaan om te leren en ervaren wat nodig is om met de Omgevingswet te werken. Vanuit het oefenen met het werkproces omgevingsvergunning en de simulatie volgt een ontwikkelpad, delen we kennis en vergroten we de betrokkenheid zowel intern als extern.

De financiële impactanalyse is in concept gereed en wordt in september naar u gestuurd met daarin de conclusies uit de analyse. Een van de conclusies is dat het niet uit te sluiten is dat het beschikbaar gesteld incidenteel budget in de 'voorziening invoering Omgevingswet' voldoende zal zijn. Vanwege de aannames die in de analyse zitten en het uitgavenpatroon van de afgelopen jaren is het vooralsnog niet nodig om de voorziening voor het jaar 2020 te verhogen.

We zitten halverwege het jaar en zien dat als dit zich doorzet er minder uitgegeven gaat worden dan geraamd. Dit heeft ook te maken met de voortgang van de uit te voeren inspanningen. Bij de herijking wordt ook financieel een nieuw beeld gegeven over wat er dit jaar nog zal worden uitgegeven. In het huidige plan stond de raming voor 2019 op € 556.843.

De kosten die tot en met 29 juli 2019 zijn gemaakt (plus exploitatiebudget in 2017 € 4.375):

• 2018: € 19.783
• 2019: € 32.307

De komende tijd zal het nodig blijven om kortcyclisch kwaliteit, planning en financiën te monitoren, waarbij tijdige bijsturing mogelijk blijft.
Via de P&C cyclus brengen we de voortgang in beeld.

Beschikbaar gesteld budget

Het tempo is van verschillende factoren afhankelijk deze periode maar ook de komende periode. Twee op dit moment belangrijke punten zijn:

• het Rijk: indien zij niet tijdig informatie leveren die van belang is voor het invoeringstraject, dan kunnen we niet tijdig de doelen bereiken;
• lokaal: zoals ook in de Programmaevaluatie invoering Omgevingswet 2017-2018 aangegeven, hangt het tempo ook samen met behoud van kennis en vaardigheden binnen de werkorganisatie. Het vertrek van medewerkers en de gunstige arbeidsmarkt maken het lastig deze kennis en vaardigheden binnen de werkorganisatie te behouden.

zie de toelichting bij de huidige stand van zaken. Deze toelichting is ook de komende periode van toepassing.

Door middel van de herijking trachten we de inspanningen die minimaal nodig zijn binnen de gestelde tijd te realiseren. Echter zoals ook bij tempo is benoemd zijn tijdige informatie vanuit het Rijk en voldoende medewerkers binnen de werkorganisatie om de inspanningen te verrichten en de kennis en vaardigheden te behouden en vergroten die nodig zijn voor het werken met de Omgevingswet van belang.

zie toelichting bij huidige stand van zaken. Deze toelichting is ook de komende periode van toepassing

De inspanningen die worden verricht, ook de herijking zijn nodig om de efficiëntie waarmee we werken aan de implementatie van de omgevingswet te kunnen waarborgen. We gebruiken daarbij een agile/scrum methode, waardoor sneller zichtbaar is of we op koers liggen en alleen dingen doen die de meeste meerwaarde opleveren om de doelen te halen en tijdig bij te kunnen sturen.

zie toelichting bij huidige stand van zaken. We zien geen aanleiding om de komende periode verandering door te voeren.

Om de flexibiliteit te behouden en in te kunnen spelen op nieuwe ontwikkelingen gebruiken we de agile/scrum methode. Hierdoor kunnen we voor de korte termijn beter inzichtelijk maken welke inspanningen we verrichten en op basis van nieuwe kennis sneller inspelen op veranderingen. Per kwartaal zullen we resultaten op hoofdlijnen verder detailleren, waarbij we gebruik maken van het opleveren van maandelijkse tussentijdse resultaten

We zien geen aanleiding om de huidige werkwijze te wijzigen. De flexibiliteit is hiermee gewaarborgd.

Bij de herijking van het programmaplan invoering Omgevingswet 2019-2020 worden de doelen aangescherpt voor de periode tot 1-1-2021. Daarbij wordt gekeken welke inspanningen we nu moeten uitvoeren op 1 januari 2021 met de wet te kunnen werken. In 2020 wordt bepaald wat na de inwerkingtreding van de Omgevingswet nodig is voor de verdere implementatie. De implementatie van de Omgevingswet is op 1-1-2021 niet afgerond.

We gaan er voor de komende periode vanuit dat de aanscherping van de doelen en de verdere herijking van het programmaplan ervoor zorgt dat we vanaf september 2019 een goede prioritering hebben over wat moet eerst en doen we de juiste dingen op het juiste moment om de doelen te bereiken. Daarbij eerst de korte termijndoelen om vervolgens verder te kunnen met de doelen die op een langere termijn behaald moeten worden. Waarbij de uiteindelijke ambitie blijft "ontwikkelingen in de leefomgeving mogelijk maken. Daarbij staan vertrouwen en onze inwoner/initiatiefnemer centraal" .